Beste lezers,
Nog drie keer slapen!
Dan staat de marathon van Gent op het programma.
De dagen voor de marathon, dan ben ik toch steeds net iets nerveuzer, én een beetje meer verstrooid.
En laat nu juist dààrdoor van die mooie, internationale vriendschappen ontstaan!
Wij vertellen u daar graag een straf verhaal over!
Dat straf verhaal begon met een lange treinrit, nu alweer enkele jaren geleden, vlak voor m’n tweede marathon. Het was een grauwe, regenachtige vrijdagavond. Ik nam de Train à Grande Vitesse van Parijs naar Amsterdam, en in Brussel Midi verliet ik de trein. Toen die trein zich opnieuw in gang trok, dacht ik, nom de dieu, wat zit er toch een zware, dikke kloefer van een portefeuille in m’n vestje.
Als je portefeuille véél weegt, dat is natuurlijk een luxeprobleem, maar toch, ik vond het merkwaardig. En toen ik de achterzak van m’n broek betastte, dacht ik bij mezelf, tiens, wat vreemd, ik ben deze ochtend blijkbaar met twéé portefeuilles naar Parijs vertrokken.
“Waar is dat nu weer goed voor?”, brak ik mezelf het hoofd.
Toen viel het kwartje. Eén portefeuille was van mij, die in m’n achterzak. Maar de andere portefeuille, die was niet van mij. De kostuumvest waar de tweede portefeuille in zat, die was ook niet van mij. Niet veel later rinkelde m’n telefoon. M’n Nederlandse collega’s hadden de rechtmatige eigenaar mijn mobiel nummer gegeven, aldus kreeg ik plots een boze Amsterdammer aan de lijn. Dat was toch ook geen vrolijke Frans, had ik de indruk. Misschien omdat hij z’n vestje en z’n portefeuille kwijt was.
Wat een drama, wat een drama. Dat ik z’n spulletjes ontvreemd had, bij volle verstand en met voorbedachte rade.
Van dat “volle verstand”, dat heb ik zelf maar genuanceerd. Maar “ontvreemd”, allez, wat voor een overdreven krachtterm was me dat. “Luister ‘ns hier meneer”, zo repliceerde ik, “Ik zou u met aandrang willen verzoeken om de kwestie niet op de spits te drijven. Ik was er eventjes niet bij met m’n aandacht, ik was in gedachten al bij m’n tweede marathon, aanstaande zondag. Daardoor ben ik nét iets nerveuzer en wat meer verstrooid dan gewoonlijk. Anders was ik écht niet met zo’n goedkoop flutjasje van de trein gestapt. Nu loop ik hier mooi voor lul”.
Voilà. Dat was de taal die Amsterdammers begrijpen, zo dacht ik.
Dat viel lelijk tegen. Wat een scheldpartij daalde er neer op mijn arme hoofd. Met als conclusie dat ik onmiddellijk naar Amsterdam te rijden had, om meneer z’n vestje en z’n portefeuille terug te bezorgen.
Mijn tegenvoorstel was dat hij die zelf even kwam ophalen, in België. Met een onverantwoord aantal decibels, werd dat in vraag gesteld: “En waarom zou ik in Godsnaam helemaal naar België moeten komen om mijn vestje en mijn portefeuille op te halen, als u die onrechtmatig hebt meegenomen?”
“Omdat u daar meer baat bij hebt dan vice versa?”, suggereerde ik vriendelijk.
De suggestie viel een beetje op de koude steen, moet ik zeggen. Zelden werd ik zo uitgekafferd: “Ik wil onmiddellijk m’n vestje én m’n portefeuille terug, en anders bel ik NU naar de politie!”
Verbaasd vroeg ik aan die meneer: “Denkt u werkelijk dat die een portefeuille en een kostuumvestje helemaal van Brussel naar Amsterdam gaan transporteren, speciaal om u en mij te plezieren? Die mensen hebben echt wel andere opdrachten op hun bord liggen. Dan regelen we het volgens mij nog beter via DHL. Die hebben ‘ns vuurrode Keniaanse loopschoenen van Kenia naar Tervuren gebracht, voor nog geen 30 euro!”.
Ach.
Het is uiteindelijk dus opperbest afgelopen. De Amsterdammer in kwestie bleek uiteindelijk een reuzevriendelijke meneer te zijn.
“Wat sympathiek dat u helemaal van Amsterdam naar hier bent gereden”, gaf ik hem mee, als warm complimentje.
“Ach”, zei de brave man, “ik ben zelf ook een fervent hardloper, dus alle begrip voor de zaak. Die dingen gebeuren nu eenmaal. Ik dacht, vooruit dan maar, dan rijd ik naar België, en dan doe ik daar maar ‘ns een internationaal duurloopje“.
“Da’s prima”, zei ik, “En dan kom ik overmorgen bij jullie fijn de marathon van Amsterdam lopen!”
En zo, beste lezers, werden wij dikke loopvrienden!
Voilà.
Beste lezers, nog drie keertjes slapen, en het is zover. De marathon van Gent, we kijken er naar uit. Mochten er veel Amsterdammers mee lopen, dan zou ik willen suggereren dat wij enkel over de edele loopsport converseren, en dat wij de onderwerpen “voetbal”, “Rusland”, “WK”, en “net gemist” zedig laten rusten.
Nu nog drie dagen rustig blijven, diep in en uit ademhalen, me goed concentreren, en scherp opletten wiens jasje ik aantrek als ik de trein verlaat, en dan komt alles wel goed.
Identity – En nu is het aan jullie, natuurlijk! Zijn jullie soms nerveus of verstrooid, de dagen voor de marathon? En leidde de loopsport bij jullie al tot mooie (internationale) vriendschappen?
Met sportieve groeten,
Peter
Ik ben niet nerveus voor een marathon maar zit wel in een cocon. Ik ben extreem lui dan en stel veel klussen uit tot daarna.
Veel loopplezier en succes,
groetjes,
Dorothé
LikeGeliked door 1 persoon
Tot zaterdag!
LikeLike